zondag 25 juli 2010

Mijn fietsbel is moe

Mijn fietsbel is moe.
En is aan vakantie toe.
Hij heeft zoveel gebeld en zo hard gewerkt dat hij voorlopig niet meer wordt gebruikt.
Als je nu zonder kijken oversteekt....
....en door rood loopt....
....bel ik niet meer.
Dus....
....houd je pleisters gereed, ik rijd vanaf nu gewoon door.
En niet zeuren, het is je eigen schuld.

zaterdag 1 mei 2010

Ergernissen bij Albert Heijn

Zoals de meesten weten boycot ik Appie Heijn, behalve voor bier en heel enkel eens een keer een dingetje.
20 jaar geleden begon ik een hekel aan onze grootgrutter te krijgen. Ik haalde boodschappen voor de ouders van een toenmalig vriendje, ik moest frieten halen en dat was uitverkocht.
Frieten!!!! Uitverkocht!!!!
Net als brood en melk.
Mijn Appie heeft geen melk tot half 3 's middags.
Half 3 's middags!!!!
Op de Prins Hendrikstraat heeft tot een aantal jaar terug een Appie gezeten die niet eens brood verkocht.
Gisteren ging ik naar Appie, ik wil dan ciabattina's, dat eet niemand, ligt er altijd tot het eind van de dag...behalve gisteren ochtend vroeg. Niks, nada, niente!!!!

Een paar weken terug moest ik havermout. Geen idee waar dat ligt, ik ken de weg naar het bier en daar is het mee gedaan.
Dacht ik slim te zijn, ik vraag een vakkenvuller, die vullen die hele tent, die weten vast alles te liggen.
Hij kijkt me aan: 'Wat is dat?'
Ik leg uit dat het iets te maken heeft met graan en haver enzo.
Hij trok me daar toch een lollikop (dom gezicht en tong uit zijn mond). Nee, kent ie niet.
Ik heb hem maar naar de lollies gestuurd, kan ie iets met zijn tong toen, die hing er toch uit.

Toen ik een tijdje terug mijn lege bierflessen terug ging brengen stopte de emballageautomaat. Na veel drukken en lang wachten kwam er een meisje van de broodafdeling (die zit het dichtste bij). Zo'n meisje van 17 die de weg naar de make-up beter weet dan de emballage.
Ze weet me te vertellen dat de Appie dit bier niet verkocht. Grrr, wedden van wel.
Ik heb haar een kleurboek gegeven, kan ze lekker kleuren. Heeft ze meer verstand van.

Zo gaat het zo ongeveer bij elk bezoek aan onze grootgrutter als ik ff iets anders wil hebben, het is er gewoon niet.
En dat noemt zich de grootste.
De grootste kluns ja...

zondag 11 april 2010

Den Haag 17.27 uur RR 3 zondag 11 april 2010

Om ongeveer 17.25 uur stapte ik op CS Den Haag in RandstadRail 3. Eén halte later stapten er meer mensen in en ik zie wat langs mij heen schuiven. Een wat forse oudere dame met een behoorlijk decoleté hoor ik tegen iemand zeggen: 'Weet u al wat u wilt?' En prompt krijg ik deze decoleté in mijn gezicht gelegd.
Achter haar loopt een dame, zij komt voor mij staan en vraagt of zij naast me mag komen zitten. Ik doe mijn benen opzij en ze wurmt zich ertussen en gaat zitten.
Een net uitziende dame van begin 70, tijgerjasje, zwarte panties, zwart rokje en grijs stijl haar in één lengte wat niet meer zo netjes zit en een dikke laag make up.
Eerste wat mij opviel was de alcohol lucht. Er hing een behoorlijke alcohol walm om haar heen.
Misschien een feestje gehad of lekker op een terrasje gezeten.
In het raam van de tram probeert ze haar verwaaide haar te modelleren, wat geen zin had, want, ze was denk ik behoorlijk kachel, dus ging het weer door elkaar zitten.
Bij halte MCH viel ze met de bocht mee, boven op mij. Ze had het niet eens door.
Toen ze uit haarzelf weer rechtop ging zitten deed ze wederom een poging haar haar te modelleren. Wat weer hetzelfde resultaat opleverde als die minuut ervoor.

Toch wel grappig zo'n tramrit.

woensdag 7 april 2010

Binnenkort kogelvrije T shirts bij Discovery

Gisteren kreeg ik dit bericht van Discovery op Twitter:

Een t-shirt als kogelvrijvest? Over een aantal jaar is het misschien mogelijk http://bit.ly/bTIRqK

Ik twitterde terug:
Kogelvrij of kogelwerend?

Kreeg ik dit terug getwittert:
Dat zal de toekomst moeten uitwijzen. Het nieuwsbericht gaat over de doorbraak die met katoenen shirts is gemaakt.

Ik twitterde dat ik tot nu toe altijd kogelvrije T shirts heb gekocht.

Het heeft 17 uur geduurd tot er één wakker werd en kreeg dus een bericht terug:
Haha! Mijn T shirts gelukkig ook.

donderdag 25 maart 2010

Deel 29 van zeep soep - dinsdag 9 februari

Als Inke wakker wordt ziet ze buiten dat de lucht groen is. Inke kleedt zich snel aan en gaat naar buiten. Het stinkt, een soort rottingsgeur. Inke doet haar sjaal voor neus om het niet te ruiken.
Buiten liggen mensen op straat en ze hoort sirene's. Inke ziet een ambulance die een persoon van straat afhaalt en in de ambulance zet.
Inke gaat naar Pieter, de buurman. Hij is thuis en laat Inke binnen.
Zijn TV staat aan en ze kijken naar het journaal. Heel de westkust is groen en het stinkt. Iedereen moet binnen blijven en deuren en ramen gesloten houden.
Op journaal is nog niet bekend wat er precies aan de hand is, wel dat er mensen zijn overleden die buiten waren.
De ambulances rijden af en aan. En het is erg druk in het ziekenhuis.
Inke en Pieter vragen zich af wat het is.
De groene wolk is nu boven het westen van Nederland en verspreidt zich naar het noordoosten. Zodra is heel Nederland bedekt.

Pieter neemt voor de gelegenheid naar een biertje. 'Mocht ik dood gaan, dan moet het bier wel op zijn', zegt hij.
Inke schiet in de lach. 'Doe mij er dan ook maar één', zegt ze.

Pieter pakt zijn gitaar en gaat muziek maken. Omdat ze de deur toch niet uit kunnen dan thuis maar vermaken.
Intussen blijft de TV aan staan voor het nieuws.
De groene stinkende wolk breidt zich steeds verder uit, er zijn al tientallen doden.
Inke besluit naar Niek te gaan. Pieter wil mee.
Beide doen een sjaal voor hun neus en pakken de fiets, op naar Niek.

Ze komen bij Niek in de winkel aan. Hij had vanmorgen toen hij naar buiten keek en zag dat het groen was, de TV aangezet en toen wist men nog niet wat er precies aan de hand was, dus was Niek maar naar de winkel gegaan.
Hij heeft de radio nog niet aangezet en Pieter en Inke vertellen dat de groene lucht dodelijk is.
De deur van de winkel blijft dicht zodat het niet naar binnen kant komen.

Inke belt Nikki. Ze is thuis. Nikki vertelt dat ze naar de winkel wil komen. Ze stapt op de fiets, doet ook een sjaal voor haar mond en neus en komt veilig aan in de winkel.

Met hun vieren zitten ze veilig in de winkel. Pieter heeft zijn gitaar meegenomen en om de tijd te doden maken ze muziek.

Volgende keer deel 30.

zaterdag 13 maart 2010

Zondag's kind (deel 2)

Ezéchiel ging af en toe naar school. Meestal hing hij ergens buiten, daar leerde hij meer.
Lezen en schrijven kon hij heel goed. Ondanks zijn lichamelijke misvorming was zijn geest gezond.
Hij hoeft maar even te kijken en slaat dan alles op in zijn hoofd.
Als Ezéchiel elke dag op school zou zijn zou hij zich vervelen. Buiten kan hij veel meer leren.

Hij had één voordeel, de geest van zijn overleden broer zit in zijn hoofd.
Zoals zijn vader zegt: 'je hebt de geest van je broer overgenomen'.
Ezéchiel heeft zijn broer nooit gezien maar hij weet dat hij er altijd is.

Zondag
Vandaag is er geen school en Ezéchiel gaat net als zijn vader niet naar de kerk. Hij noemt het 'hel en verdoemenis'.
Als vader naar het café gaat, gaat Ezéchiel meestal na de kerkdienst naar de kerk.
Toen, een aantal jaar geleden was Ezéchiel ergens achter gekomen. Als de pastoor klaar was in de kerk bleef hij nog even en kwam er een paar minuten later een dame van plezier langs.
Ezéchiel verstopte zich achter een muur en zag meneer pastoor en de dame zich uitkleden.
Ezéchiel deed zijn broek omlaag en deed mee.
Hij maakte iets teveel geluid en meneer pastoor en de dame hoorden hem en gingen opzoek en vonden Ezéchiel achter een muur, hij deed de knopen van zijn broek net dicht.
'Voor een stuiver zal ik niks zeggen', zei hij.
Meneer pastoor gaf hem een stuiver en Ezéchiel ging lachend naar huis.
Dit ritueel herhaalde zich elke zondag na de kerkdienst. Om zijn mond te houden kreeg Ezéchiel elke zondag zijn 'zwijg stuiver'.
Vandaag was hij dus weer op weg naar de kerk.

-wordt vervolgd-

Zondag's kind

Lente 1722.
Zondagochtend.
Ze voelde de barensweeën. Vlug pakte ze de fles graanjenever en schonk zich wat in. Om de pijn te verminderen.
Ze begon deze ochtend als alle andere: met een glas jenever.
Ze lag op het strobed te wachten tot het kind zich zal aanmelden. De weeën werden heftiger en ze schonk zich nog een glas in.
De dokter kwam er al aan. Hij nam plaats naast het strobed, haar man bleef in de keuken. Met de deur dicht.
Het kind kondigde zich aan. Geen tijd voor nog een jenever maar persen.
Daar kwam het; het zag er anders uit dan anders, ziet de dokter. Als het kind eruit is schrikt hij. Het is niet in orde. Het is misvormd. Er komt nog wat achteraan. Het tweede kind. Wist iemand van een tweede kind? Nee.
Het tweede kind ging net zo moeilijk. Na flink persen kwam het er uit. Het ademt niet en is lijkbleek. Het overleed meteen. Moeder neemt er nog een jenever op, om de ellende te verwerken.
Eén mislukt kind en één dode.

De dokter vertrekt en de man komt uit de keuken. Hij staart naar de vrouw en de 2 nieuwe borelingen. Hij loopt naar de voordeur en gooit de deur open, loopt naar buiten en smijt de deur dicht en loopt naar het café. 'Zondags kinderen zijn nooit goed', zei hij.
De dokter neemt het levenloze kind mee. Niemand weet waar de dokter de dode kinderen heen brengt en niemand wil het weten.

De moeder laat het aan het voeteinde liggen, neemt een glas jenever en valt in slaap.
Als de man des huizes thuis komt hoort hij baby-gegil. Hij ziet het kind aan het voeteinde van het bed en het gilt. Hij pakt het op en maakt de vrouw wakker en zet het aan de borst waarop het kind onmiddelijk begint te zuigen.

Lente 1736.
Ezéchiel is 14.
Hij heeft een bochel, loopt mank, is aan één oog blind en hoort slecht. Hij woont met zijn vader in hetzelfde huis als waar hij 14 jaar geleden is geboren. Zijn moeder is 13 jaar geleden overleden. Aan de graanjenever.
Zij kon het niet verwerken dat haar kind een gedrocht is. Ze zoop zich dood. De begrafenis was somber, alleen zijn vader met Ezéchiel op de arm. Ezéchiel kreeg zijn naam van zijn vader, pas na het overlijden van zijn moeder. 'Ik geef dat gedrocht geen naam', zei moeder.
In het jaar van zijn geboorte tot de moeder overleed heeft ze hem gedrocht genoemd. Toen zijn vader na de begrafenis weg liep naar huis zei hij: 'ik noem je Ezéchiel, de kracht van God, omdat je op zondag, de dag van god, bent geboren.

-wordt vervolgd-